Manuele Therapie

Een manueel therapeut is eigenlijk een fysiotherapeut, die na de opleiding fysiotherapie, nog een vervolgopleiding voor manuele therapie van enkele jaren heeft gevolgd. In deze opleiding is veel aandacht besteed aan het bewegingsapparaat, de bewegingsmogelijkheden van het lichaam en alle gewrichten; wervelkolom, schedel, armen en benen. Met specifieke behandeltechnieken kan de manueel therapeut het bewegingspatroon van de gewrichten verbeteren en de pijnklachten doen verminderen. Met als gevolg dat handelingen die moeizaam verliepen voor behandeling, na de behandeling veel makkelijker verlopen.

Soorten klachten

Manuele therapie is dus een behandelmethode die direct aangrijpt op de gewrichten van ons lichaam. U kunt voor alle klachten, die met het bewegen te maken hebben, bij een manueel therapeut terecht. Rugklachten en nekklachten, schouderklachten. Maar ook artrose, whiplash, hoofdpijn, duizeligheid, tennisarm, tintelingen in handen of benen enz.

Na een vraaggesprek omtrent uw klachten verricht de manueel therapeut een aantal metingen en kijkt hoe u zich beweegt. Zoals: hoe is de stand van uw bekken, hoe vouwt u uw handen, hoe is de stand van de nek, welk been is langer, welk oog is het voorkeursoog. Daarnaast voert de manueel therapeut nog testen uit om te kijken hoe groot de beweeglijkheid is of dat deze mogelijk verstoord is.

Op basis van alle informatie is duidelijk hoe de manueel therapeut uw gewrichten moet bewegen met de geleerde specifieke technieken om een zo groot mogelijk effect te bereiken. Tijdens de behandeling worden allerlei gewrichten van het lichaam behandeld op een zachte, meestal pijnvrije manier om de totale balans van het bewegen te herstellen.

De behandeling

De behandeling duurt gemiddeld een half uur en wordt meestal na een week herhaald. Soms kan men één tot twee dagen na de behandeling een reactie verwachten van meer pijn en/of stijfheid. Na 3 à 4 behandelingen moet er voldoende verbetering zijn opgetreden. Als er geen verandering is opgetreden wordt de behandeling gestopt. Zelden zijn meer dan negen behandelingen noodzakelijk.

VISIE

Ieder mens is herkenbaar aan zijn eigen bouw, zijn eigen houding en zijn eigen manier van bewegen. We zien er ook allemaal anders uit, dus waarom zouden we allemaal hetzelfde bewegen? De manier waarop iemand loopt, op de fiets stapt of een schep in de grond steekt maakt iemand herkenbaar als persoon.

Zo zijn er talloze situaties te noemen waarin een bewegingsvoorkeur naar voren komt. Denk bijvoorbeeld aan het gooien van een bal, het met de armen over elkaar zitten, een aanloop nemen voor een sprong. Onze bewegingsvoorkeur is van invloed op alle bewegingen die we maken. Niet alleen het uiterlijk van iemand, maar ook de eigen manier van bewegen is uniek!

Bewegingsvoorkeur

Bij het op de fiets stappen, stapt u uit gewoonte met het linker of rechter been op. U kunt ook opstappen met het been waarmee u doorgaans niet opstapt. Dit kost u echter veel meer moeite. U heeft dus een bij het op de fiets stappen een voorkeur van bewegen.

Verschil tussen links en rechts

Een voorkeur voor links of rechts betekent dat we met onze rechter lichaamshelft anders bewegen dan met onze linker lichaamshelft. Bewegingen die we maken hebben invloed op de vorm van het lichaam. Door alle verschillende voorkeuren van bewegen zal de vorm van het lichaam links en rechts niet gelijk zijn. We hebben allemaal een eigen voorkeur van houding en bewegen met daarbij behorend een ongelijke ontwikkeling van o.a. onze botten, gewrichten, spieren enz.. Dit is normaal. Er bestaat een natuurlijk evenwicht tussen de voorkeuren van bewegen en de verschillende ontwikkeling tussen links en rechts van het lichaam. Dit evenwicht is voor iedereen anders.

De verschillen tussen links en rechts kunnen worden gebruikt om de bewegingsvoorkeuren van iemand te leren kennen. We kunnen de verschillen meten om op deze manier informatie te krijgen over de ontwikkelde voorkeur van bewegen.

Verstoord evenwicht

Het natuurlijke evenwicht tussen de voorkeuren van bewegen en de vorm van het lichaam kan verstoord raken, waardoor er allerlei klachten kunnen ontstaan. Het lichaam beweegt niet meer optimaal, passend bij de vorm van het lichaam. Dit evenwicht kan op allerlei manieren verstoord worden: door een ongeluk (auto-ongeval, verzwikken van de enkel, val van de trap), door verandering van werkhouding, ongewone arbeid, knellende kleding, door psychische factoren e.d..

therapievormen-3

Voorbeelden

Voorbeeld 1

Wanneer we door het dragen van nieuwe schoenen met een hoge hak gedwongen worden om de voet anders te bewegen, verandert onze manier van lopen. Die andere manier van lopen gaat ook gepaard met een verandering van bewegingen in knieën, heupen, het bekken, de wervelkolom en uiteindelijk in het hele lichaam. Zeker als deze situatie lange tijd duurt, kan het bestaande evenwicht tussen de vorm van het lichaam en de bewegingsvoorkeur worden verstoord en kunnen er op allerlei plaatsen in het lichaam klachten ontstaan.

Voorbeeld 2

In het dagelijks leven kunnen nog andere voorbeelden worden genoemd. Wanneer iemand pijn in zijn nek heeft, zal hij proberen de pijn zoveel mogelijk te ontwijken door de nek minder te bewegen. Om de meeste dingen toch te kunnen blijven doen, zal er anders bewogen worden in de rest van de wervelkolom en in andere gewrichten. Als het lichaam zich voldoende kan aanpassen aan de nieuwe situatie dan zullen er geen klachten optreden.

Voorbeeld 3

Op basis van alle informatie is duidelijk hoe de manueel therapeut uw gewrichten moet bewegen met de geleerde specifieke technieken om een zo groot mogelijk effect te bereiken. Tijdens de behandeling worden allerlei gewrichten van het lichaam behandeld op een zachte, meestal pijnvrije manier om de totale balans van het bewegen te herstellen.

Voorbeeld 4

De plaats waar de klacht zit ( in de schouder of in het bovenbeen ) zegt dan niets over de oorzaak van de klachten. Het behandelen van slechts de schouder of het bovenbeen zal de klachten niet altijd wegnemen. Het totale evenwicht zal hersteld moeten worden om de oorzaak van klachten op te heffen.